Anderhalve Liniaal van Huis

On my own

En daar sta ik dan, Boudewijn op de steiger en ik op de boot. Vijf maanden lang hebben wij, zij aan zij, Azie getrotseerd, hoogte- en dieptepunten overwonnen en zijn wij deelgenoot geweest van levensveranderende momenten. En ineens worden wij van elkaar gescheiden door een kleine strook water die aanvoelt als een onoverbrugbare oceaan. Hoewel ik het zo lang mogelijk heb willen ontkennen begin ik het nu dan toch echt te beseffen, onze gezamenlijk trip is voorbij! Die gedachte zorgt voor een verhoogde slikreflex maar zelfs dan lukt het niet om die brok in de keel weg te slikken. De brok in de keel zit een normaal en gepast afscheid in de weg en in plaats daarvan praten we alsof wij elkaar de dag erna weer zullen treffen. Het is geen afscheid dat eer doet aan al onze ervaringen maar ik weet zeker dat, wanneer ik toegeef aan mijn emoties, ik daar op de kade een portje ga staan te janken. Gelukkig hebben Boudewijn en ik elkaar dusdanig goed leren kennen dat een zinnig gesprek niet nodig is om te weten wat er in de ander omgaat. Beide beseffen wij dat ‘ons’ avontuur voorbij is en in stilte zijn wij daar beide enorm verdrietig om.

Dan komt het moment, de ladder wordt binnenboord gehaald en de motor begint te ronken. De smalle strook water tussen kade en boot wordt langzaam groter en Boudewijn steeds kleiner. We zwaaien nog een aantal keer naar elkaar tot dat ik hem niet meer kan herkennen tussen de rest van het gepeupel. En ineens dringt het door. “Wacht eens even, kut, ik ben echt alleen!”. Daar op die boot, zo zonder Boudewijn, besef ik mij ineens dat ik aan de andere kant van de wereld zit, waar ik de weg niet ken, niet weet waar ik die avond zal slapen en ik ook niemand ken. Deze gedachte maakt mij onrustig zoals ik nog niet eerder ben geweest tijdens deze trip. Familie, vrienden, hockey en alle andere leuke dingen uit Nederland flitsen door mijn hoofd. Daar op die boot ben ik ineens jaloers op Boudewijn want hij mag naar huis terwijl ik nog verder moet. Dit onrustige gevoel zou ik dolgraag willen wegpraten/drinken met Boudewijn maar hij is er niet, ik zal het vanaf nu alleen moeten doen.

Eenmaal aangekomen op de kade van Krabi is de eerste paniek enigszins onder controle. Ik overtuig mijzelf dat reizen niet een kwestie van ‘moeten’ is maar meer van ‘mogen’ en dat ik, wanneer ik dat wil, altijd naar huis kan terugkeren. Op de boot heb ik voor de aankomende weken een strakke planning gemaakt die mij op een vreemde manier rust biedt. Het eerste punt op de planning is Georgetown in Maleisie. In Krabi stap ik op de bus die mij daar rechtstreeks heen zal brengen. In de bus word ik vergezeld door een aantal Argentijnen en een Brits stelletje. Gedurende de gehele trip ratelt de Britste kerel aan een stuk door over dingen die mij totaal niet interesseren. Normaal gesproken zou ik hier, na een tijdje, wel klaar mee zijn maar deze keer is zijn geratel een zegen. Op die manier leidt hij de aandacht een beetje af van mijn eigen gedachten.

Gezamenlijk gaan we door de douane, waar ik voor de zoveelste keer een ‘arrival-en departurecard’ moet invullen. Op deze kaart moet je een aantal gegevens invullen die ook in je paspoort staan. In mijn ogen is het een totaal onzinnige formaliteit maar goed het houdt mij bezig en dus sta ik dat kreng weer in te vullen. Inmiddels weet ik mijn paspoortnummer, de verloopdatum en waar en wanneer ik het heb aangevraagd uit mijn hoofd zodat het slechts een routineklusje is geworden. Binnen de kortste keren sta ik dan ook aan de Maleisische kant van de grens. Tegen die tijd begint het al te schemeren en we moeten nog minimaal drie uur met de bus. Dat betekent dus aankomen in het donker in een stad die ik niet ken, fijn!

Drie uur later stap ik, in het donker, van een veerboot af die mij het laatste stukje van Buttersworth naar Georgetown heeft gebracht. Zelfs in het donker valt de luxe van de tweede stad van Maleisie mij op. De skyline wordt verlicht door hoge wolkenkrabbers waardoor de stad iets minder donker lijkt. Ik besluit lopend op zoek te gaan naar een aantal aanbevolen slaapplaatsen in mijn reisgids. Het duurt echter niet lang voordat ik, bij gebrek aan de navigatie-skills van Boudewijn, verdwaal. Normaal gesproken vind ik verdwalen de beste manier om een stad te verkennen maar op dat moment vind ik het niet grappig. Ik ben moe, alleen, hongerig en mijn backpack voelt zwaarder dan ooit. Waarschijnlijk was het overduidelijk dat ik daar met mijn ziel onder de arm liep want het duurt niet lang voordat een auto naast mij stopt van waaruit de chauffeur vraagt waar ik heen wil. Ik vertel hem dat ik net ben aangekomen, nog geen geld heb voor een ‘taxiritje’ en een takke humeur heb. De chauffeur begint te lachen, heeft medelijden en is bereid mij te helpen, kostenloos! Dit sla ik niet af en voor ik het weet zijn wij op weg naar het backpackers gedeelte van Georgetown. Onderweg trakteert hij mij op een maaltijd en rijdt hij nog een stukje om zodat ik geld kan pinnen. Vervolgens dropt hij mij in de backpackerstraat van Georgetown. Ik bedank hem hartelijk en ga op zoek naar een geschikte slaapplaats welke snel gevonden is. Ik check in en duik regelrecht mijn klamme en stinkende schuimrubberen bed in. Het is pas de volgende ochtend dat ik de schimmel aan het plafond opmerk maar na de crapy guesthouses van de afgelopen tijd zal dat mij niet meer kunnen boeien.

Met hernieuwde energie en een beter humeur besluit ik de eenzame avonturier uit te gaan hangen. Als een soort Lucky Luke (de eenzame cowboy, alleen ben ik zeker niet sneller dan mijn schaduw) besluit ik deze grote stad in mijn eentje te gaan ontdekken en te trotseren. Al snel merk ik dat, wanneer ik bezig ben, ik ook niet eenzaam ben. Ik plan mijn dagen in Georgetown daarom vol met culturele activiteiten en attracties. Tijdens mijn dagen in Georgetown bezoek ik tempels, bioscopen, musea en openbare parken enz. Het vervelende eenzame gevoel achtervolgt mij desondanks alsof het mijn eigen schaduw is, maar wanneer ik bezig ben kan ik het controleren. Ik begin zelfs langzaam te genieten van het alleen reizen, alhoewel de stille nachten, zonder rond spokende Boudewijn, nog steeds geen pretje zijn. Gelukkig is ’s nachts het Europese Kampioenschap live op televisie zodat ik dat kan kijken wanneer ik niet kan slapen.

Vier dagen en een Nederlands boek over de eetstoornis van Anja (welke een of andere idiote backpacker heeft achtergelaten in het guesthouse) later besluit ik het warme Georgetown te verruilen voor de koele heuvels van de ‘Cameron Highlands”. Deze streek staat bekend om zijn eindeloze thee- en aardbeienplantages waar je heel goed kunt ‘tracken’ oftewel wandelen. Met een uberluxe bus en een goed humeur reis ik af richting deze ‘highlight’ van Maleisie (volgens mijn reisgids).

Ik check in in ‘Fathers Guesthouse’, een soort opvangtehuis voor wandelfanaten. Helaas zijn de kamers allemaal verhuurd maar is er nog wel een bed vrij in de ‘dormroom”, oftewel op de slaapzaal. Hoewel het gebrek aan privacy mij niet direct aanspreekt besluit ik het desondanks te proberen omdat het de ideale manier is om mensen te leren kennen. Die nacht slaap ik dus met 13 anderen op een kamer. De etiquette van een dormroom zijn mij tot dan toe nog onduidelijk maar alles wijst zich vanzelf. Aan- en uitkleden doe je onder de dekens of in de douche, schoenen laat je buiten staan en diegene die snurkt mag je wakker schudden. Het is allemaal redelijk simpel en zeer onhygiĂ«nisch in de ‘dorm’.

De volgende ochtend raak ik aan de praat met een Duitse jongen die iets jonger is dan ik. Helaas vertrekt hij die dag naar Kuala Lumpur (KL) waardoor ik alleen zal moeten gaan tracken. Ik mag wel zijn wandelkaart van het gebied hebben zodat ik voorbereid op pad kan gaan. Hij weet echter niet dat ik een ramp in kaartlezen ben en dat ik met of zonder kaart even erg verdwaal. Het is dan ook na een half uur tracken dat ik uitkom bij de ‘birdwatch tower’ op route zes terwijl ik op weg was naar de waterval langs route twee. Route zes blijkt, helaas, minsten drie keer zo lang en een stuk bergachtiger dan route twee, ik heb alleen geen zin om dezelfde weg weer terug te gaan en ik besluit daarom een poging te wagen. Tijdens deze trip krijgt mijn gebrek aan conditie er stevig van langs en bereik ik met half gescheurde kuiten het dorp via route 7. Volgens de kaart zou dit onmogelijk moeten zijn omdat er geen kruising van route 6 en 7 bestaat, ik vraag me af hoe ik dat nou weer voor elkaar heb gekregen maar ik ben te moe om dit puzzeltje op te lossen. Ik besluit terug te gaan naar het guesthouse. Net voordat ik het guesthouse binnen strompel begint het vreselijk hard te regen. De combinatie van spierpijn in mijn hele lichaam, een kamer zonder privacy en met het kloterige weer buiten doet mij terug denken aan de goede ouwe tijd met Boudewijn. Normaal gesproken zouden wij het keihard op het zuipen zetten, mi gado wat mis ik hem nu!

De volgende ochtend regent het nog steeds keihard waardoor ik een dag eerder naar KL besluit te vertrekken. De aarbeien- en theeplantages bewaar ik voor mijn volgende keer in Maleisie. Wederom is de bus uber luxe zodat de zes uurtjes reizen voorbij vliegen. In KL kom ik gelukkig in het daglicht aan. De Duitse jongen uit Cameron heeft mij een guesthouse aangeraden dat zeer leuk zou moeten zijn. Een uur en een Indiaanse maaltijd later check ik in het guesthouse in. Wederom verblijf ik in de dorm omdat er aangrenzend aan de dorm een bijzonder gezellige woonkamer vast zit, er is zelfs een keuken en televisie aanwezig! Die avond maak ik met de Duitse jongen, die ik in het guesthouse tegen het lijf liep, een zelfgemaakte pasta maaltijd klaar voor iedereen in de dorm. Met een mannetje of 15 kijken we daarna een aantal dvd’tjes en genieten we van een gezellig drankje. Het resterende restje eenzaamheid verdwijnt als sneeuw voor de zon.

De dagen erna verken ik met verschillende gasten uit het guesthouse de stad KL. Deze stad is met zijn hoogste twintowers (de Petronas Towers) met geen enkele andere stad te vergelijken die ik tijdens deze trip heb aangedaan. Het openbaar vervoer is superhandig en zelfs beter en luxer dan in Nederland. De skyline vind ik wat weg hebben van New York, ook al ben ik daar nog nooit geweest. Hoewel de stad hypermodern is heeft het zijn oude charme nog niet verloren. Het zijn vooral de wijken Chinatown en Little India waar je nog voor minder dan een euro een heerlijke maaltijd kan eten terwijl je tussen de authentieke locals zit.

Mijn tijd in KL sluit ik af met en bezoekje aan de Petronas Towers. Helaas is het onmogelijk om helemaal tot aan de top van dit 88 etages tellende gebouw te komen. Gelukkig kun je wel gratis de skybridge bezoeken die op de 44ste etage is gevestigd, ook niet dicht bij de grond kan ik je melden. Voorafgaande aan deze excursie krijg je via een 3D film informatie over de torens. Nu weet ik dat het in 1996 de het hoogste gebouw ter wereld was (nu staat dat ergens in Taiwan), maar dat het, met zijn 452 meter hoogte, nog wel de hoogste twintowers ter wereld zijn.

Helemaal gewend aan het alleen reizen vertrek ik vervolgens naar Malaka in het zuiden van Maleisië. Deze historische stad heeft een Hollands verleden waardoor je er nog een flink stel koloniale panden aantreft. De planning was om hier twee volle dagen te besteden maar wederom bleek de maand een dag minder te hebben dan ik dacht, waardoor ik slechts een dag heb mogen genieten van dit stukje Holland in Azië. Achteraf gezien bleek dit voldoende te zijn omdat Malaka weinig meer te bieden heeft dan een flink aantal stoffige musea. Desondanks heb ik ze allemaal bezocht zodat ik nu helemaal op de hoogte ben van de VOC en haar mentaliteit in het verre oosten, waar onze minister president zo trots op is. Hier zijn ze een stukje minder blij met ons Hollandse koloniale verleden.

De volgende ochtend vertrek ik naar Singapore waar ik Jody de Vegt en haar familie (ik ben ooit trainer van haar geweest voordat zij naar Singapore is vertrokken) zal gaan opzoeken. Ik ben uitgenodigd om mijn dagen in Casa de Vegt door te brengen zodat ik niet tussen de Birmese bouwvakkers in een of ander crappy guesthouse hoef te slapen. Behalve dat ik hiermee een hoop kostbare centjes bespaar kijk ik er ook naar uit dat ik hier het backpackers bestaan tijdelijk naast mij neer kan leggen en wat tijd kan doorbrengen in een normaal huis. Bij aankomst bleek dat er van wat tijd doorbrengen in normaal huis niet veel terecht zou komen. In geen enkel opzicht was het huis normaal. Het huis met zijn ubergrote tuin met zwembad en met airco in elke kamer had meer weg van een vijf sterren hotel dan van een normaal huis. Voor iemand die de afgelopen maanden gewend is geraakt om op schuimrubberen matrassen te slapen, schimmel en bloedvlekken in de lakens te hebben en ongedierte onder en in het bed te hebben was dit een zeer gewenste afwisseling.

Voorafgaande aan deze trip had ik familie de Vegt alleen ontmoet tijdens het afscheidfeestje van Jody. Desondanks werd ik met open armen binnen gehaald en voelde alles daar meteen vertrouwd. Het was direct duidelijk dat dit de ideale plek was om mijzelf weer helemaal op te laden alvorens ik mij in de gekte van Indonesië zou gaan storten.

Op het ‘things to do lijstje while you are in Singapore’ stond de Singapore Zoo met stip op nummer een. Mijn grote held Steve Irwin had een grote voorliefde voor deze Zoo en hij was daar dan ook vaak te vinden. Gewapend met een Hollandse Club-kaart wisten wij ons zelf gratis entree te verschaffen tot het park. In dit geval bestaat ‘wij’ uit; Jody, broer Bas en broertje Rob. Wat het park zo speciaal maakt is dat er nauwelijks hekken zijn waar te nemen. Wanneer je daar rond loopt krijg je het gevoel dat je in een tropisch bos bent waar de dieren vrij rondlopen. Een absolute aanrader voor iedereen die nog een keertje naar Singapore gaat.

Behalve de Zoo heb ik ook nog een kort bezoekje mogen brengen aan de Hollandse Club in Singapore. Dit kleine stukje Nederland is zo compleet dat er zelfs een volledig uitgeruste haringkraam is te vinden. Voor diegene die Harry Jekkers en zijn sketch over de Hollandse society in Singapore kennen, ik kan jullie vertellen, hij liegt niet!

Ook krijg ik nog een rondleiding door het uitgaansdistrict van Singapore. Het glas bier kost hier helaas 6 euro waardoor een avondje doorzakken er niet echt in zit. In plaats daarvan belanden Jody, Bas en ik tussen de rest van de arme en te jonge Singaporezen op een brug waar wij ons, uit de supermarkt gekochte, biertje op drinken. Desondanks geniet ik van het hele tafereel.

De laatste avond wordt afgesloten met een bezoek aan de bioscoop. Gewapend met een flink aantal truien, omdat het daarbinnen ijskoud is, hebben wij Kung Fu Panda gekeken. Het duurde niet lang voordat de overeenkomsten tussen mij en de panda duidelijk werden. Het wordt hoog tijd dat ik weer eens wat ga sporten!

Hoewel mijn tijd in Singapore veel te kort was moest ik toch echt verder. Ik had afgesproken dat ik zou gaan werken op Bintan, een Indonesisch eiland voor de kust van Singapore. Ik zou hier Loola Adventure Resorts gaan ondersteunen met hun de dagelijkse bezigheden. In de planning stond dat ik hier een maand zou gaan verblijven maar helaas heb ik dat na een week weer voorgezien moeten houden. Voor nu vind ik het mooi geweest, dus ik vertel hier de volgende keer meer over.

Reacties

Reacties

Martin

Een prachtverhaal weer Gjalt! En je beschrijving hoe je alleen verder moest en ging, met je gevoel daarbij, was treffend, de lezers zullen bepaald met je meevoelen! Dat deden wij al omdat we je in die periode nogal eens gebeld hebben! Wat een aardige familie is die familie de Vegt, je nu ten tweede male met open armen te ontvangen!!!

Gwen

Aan de spelfouten is ook te merken dat Boudewijn weg is ;)

ilse

Hoi Gjalt,
mooi geschreven! Bij mij boven de andere (eerste) helft van het verhaal, met gitaartje, mist jou ook stiekem erg.
Blij dat je belde, goede reis nog...

deirdre

broertje,

ben trots op jou en je alleen-reis avontuur, kan me goed voorstellen dat het moeilijk was om bou uit te zwaaien.

liefs deirdre

marieke

Hoi Gjalt, volg je belevenissen ook al is Bou hier weer. Doe de fam. de Vegt de groeten van mij, ik ken ze van school.
goede reis!

tante

Ha Gjalt!
Wat een fantastisch, invoelbaar verhaal! Wat goed dat je het alleen-reizen daarna zo goed hebt opgepakt! Ik hoop dat je nog veel geniet!!
Good goùn!
Jolan

buur anton

Niet veel reacties van deze kant.
De bewondering voor hetgeen je doet en doorleeft op jouw manier is er echter absoluut niet minder groot door.
We zien en lezen en voelen de emoties die door de vele belevingen bij jou worden opgeroepen.
Jij maakt dingen mee waar ik ooit in het verleden wellicht over kan hebben gedroomd.
Het is heerlijk om mee te beleven -voor zover mijn fantasievermogen het me toelaat- wat jij daar mag meemaken.

Voel - geniet - beleef.

Veel groeten van deze kant :
Gerie en Anton

slis

zelfs hier van uit griekenland volgen we je verhalen gjalt, je doet het nog steeds heerlijk. Al is de style enigsinds wat veranderd. je bent nu een lucky die idd z'n eigen schaduw achterna moet, maar doe dit niet te snel want het heeft geen zin om jezelf in te halen want je bent al zo ver.
Geniet van elke schaduw die je tegen komt, en bots niet tegen jezelf op in de vormen van avondtuur.

topper!
ik vind je geweldig!

Liefs
Chris

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!